Economische impact van Artificiële Intelligentie (AI) kan disruptief zijn

Economische impact van Artificiële Intelligentie (AI) kan disruptief zijn

Opiniestuk van Paul Becue, algemeen voorzitter VVA

Zoals internet in de jaren ’90 zal Artificiële Intelligentie een belangrijke impact op de samenleving hebben. Ook op economisch vlak volgens de Nationale Bank.

Wat is AI nu juist?

Omwille van het ruime scala aan toepassingen wordt AI beschouwd als een technologie met een algemeen doel (‘general-purpose technology’=GPT), zoals bv. de stoommachine, elektriciteit of het internet. Ze kan dus in diverse industrieën gebruikt worden, en laat in principe toe op lange termijn productiviteitswinsten te genereren en zo het niveau van de levensstandaard omhoog te tillen. AI kan instrumenten creëren die taken uitvoeren voor de welke normaal intelligentie van menselijk niveau vereist is. Die taken kunnen slaan op beeld- en spraakherkenning, beslissingprocessen en het oplossen van problemen.

Technologieaandelen opnieuw in de schijnwerpers door AI en Nvidia

Sinds de lancering van ChatGPT in november 2022, en haar spectaculaire resultaten, is Artificiële intelligentie (AI) erg ‘hot’. Dit wordt aangetoond door het feit dat sinds het 4e kwartaal van 2022 de technologieaandelen (Facebook, Apple, Microsoft, Amazon, …) tot half juni reeds met gemiddeld 44 % gestegen zijn, terwijl de  Standard&Poor’s 500-index met maar de helft (20 %, inclusief de technologieaandelen) gestegen is. De koersen van de technologiesector hadden erg afgezien van de stijgende rentes in 2022, maar dit lijkt nu voorbij.

De grote kanonnen werden trouwens vervoegd door Nvidia, dat sinds kort ook de beurswaarde van 1.000 miljard USD heeft bereikt.  Het is een producent van computerhardware, voornamelijk op het gebied van videokaarten en chipsets voor moederborden bij processors en mobiele apparaten. Toen het een paar weken geleden meldde dat de omzet en bestellingen sterk stegen als gevolg van artificiële intelligentie, steeg het aandeel op 1 dag direct met meer dan 25 %! Sinds oktober is het reeds met 230% gestegen van 120 naar 400 USD.

België achtste AI-land  in Europa

Privé-investeringen in AI verdubbelden tussen 2020 en 2021 tot 93,5 miljard USD. Het gaat gepaard met een groeiend aantal patenten: 30 keer zoveel als in 2015. De Verenigde Staten zetten de toon, maar China is bezig aan een inhaalbeweging. Europa loopt achter daar het over geen techreuzen beschikt, en ‘venture capital’ er minder ontwikkeld is.

Wanneer we kijken naar de verspreiding van AI onder de bedrijven staat België in Europa met 10% op de achtste plaats. Het betekent dat 10 % van de Belgische bedrijven nu AI gebruikt, zodat er nog veel groeimarge is. Het is hoger dan het Europees gemiddelde (8%), maar lager dan de Deense koppositie (24%). De ICT-sector doet er het meest een beroep op (34,8%), wat ook logisch is. Het gaat ook om grote bedrijven: deze met meer dan 250 werknemers omvatten 1 % van het totaal aantal ondernemingen, maar 41% van hen gebruikt minstens een AI-technologie.

Hinderpalen

De grootste hinderpalen voor AI zijn op het ogenblik: gebrek aan relevante ervaring; onverenigbaarheid met bestaande uitrusting, software of systemen; hoge kosten; en gebrekkige kwaliteit van de data-gegevens. Wettelijke en ethische bezwaren worden vermeld, maar zijn niet doorslaggevend.

AI zal een grote impact op de economie hebben. De Nationale Bank van België maakte er recent een interessante studie over waar we de belangrijkste elementen uit weergeven.

Impact op productiviteit

Het gezond verstand zegt dat dit het grootste voordeel van AI zou moeten zijn, wat tot grotere economische groei moet leiden die onze dure welvaartstaat en sociale zekerheid kan financieren. Het gaat om door AI gedreven robotten en automatisering in de industrie, ‘chatbots’ en virtuele assistenten kunnen routinetaken overnemen, en de analyse van ‘big data’ kan tot betere geïnformeerde bedrijfsbeslissingen leiden.

Maar de realiteit ontgoochelt echter: ondanks de groeiende toepassing van AI en andere technologische vooruitgang, bleef de productiviteitsgroei in de ontwikkelde landen de laatste decennia erg laag. In België bedroeg ze in de jaren ’70 nog 4% per jaar, om daarna geleidelijk af te nemen tot onder de 0,5% nu. Men noemt dit de Solow’s paradox: “You can see the computer age everywhere but in the productivity statistics”.

Wat AI betreft wordt erop gewezen dat vele bedrijven het nog niet toepassen (zie boven). Maar AI moet gepaard gaan met complementaire innovaties om impact te hebben op de productiviteit. Ook de werknemers moet de nodige kennis en ervaring ontwikkelen. Dit neemt tijd in beslag, en zou de reden zijn waarom de evolutie van ICT-technologie (internet) nog niet veel impact heeft gehad. Er wordt verwezen naar electriciteit: het werd ingevoerd op het einde van de negentiende eeuw, maar de impact op de productiviteit werd pas gerealiseerd na de tweede wereldoorlog!

Een ander argument is dat het bruto binnenlands product (BBP), dat de economische groei meet, niet juist de waarde integreert die voortgebracht wordt door digitale goederen en diensten. Vele online diensten zijn immers gratis. Dit is zo voor Facebook, alhoewel iedere persoon dit jaarlijks op 750 USD waardeert in de VS, of 18 miljard USD.

Tot slot spelen tal van andere factoren nog een rol op de productiviteitsgroei, zoals het macro-economisch beleid, de marktreglementering voor een product, de arbeidswetgeving, en de ruimere sociale en economische context. Het is wel zo dat de meest productieve bedrijven gemiddeld het best gedigitaliseerd zijn, en omgekeerd.

Concurrentiepositie

AI kan de concurrentie tussen bedrijven veranderen. Het leidt tot automatisering van routinetaken, reduceert de fouten, en optimaliseert de bedrijfsprocessen. Dit resulteert in meer efficiëntie en kostenbesparingen, wat een bedrijf een competitief voordeelt geeft op degene die AI niet toepassen. Dit kan ver gaan: zo kan een kleinhandelaar met een algoritme zijn prijzen automatisch laten aanpassen op basis van prijsbewegingen bij de concurrentie. Studies toonden aan dat dit tot hogere winsten leidt.

Ook de consument vaart er wel bij. Met AI kan een bedrijf beter de klantenvoorkeuren en        -gedrag begrijpen, wat op zijn beurt tot meer gepersonaliseerde goederen en diensten kan leiden. Amazon past dit veel toe. De consument kan zo lager geprijsde producten ontdekken.

Arbeidsmarkt

Het is een feit dat AI het tewerkstellingslandschap drastisch kan veranderen. De Hoge Raad voor de Werkgelegenheid schat dat 39% van de tewerkstelling in België de impact van verdere informatisering kon ondervinden. Het wil niet zeggen dat de jobs met het hoogste risico op automatisering volledig zullen verdwijnen, daar slechts 18 tot 27% van de taken in deze jobs sterk automatiseerbaar zouden zijn.

De werkorganisatie binnen een bedrijf zal veranderd moeten worden, waarbij er een optimale hertekening komt van de verdeling der taken tussen mensen en machines. Men verwacht geen grote ontslagrondes als gevolg van AI: werknemers zullen in andere afdelingen ingezet worden, en het aanwervingsproces van nieuwe krachten zal aangepast worden. De bestaande digitale competenties, en de opleidingsinspanningen bij bedrijven, zijn daarbij heel belangrijk. In 2021 bleek echter dat 18,6% van de Belgische bevolking een laag niveau van digitale kennis had, wat wel hoger is dan het gemiddelde van 17% in de Europese unie (EU).

AI zal wel tot nieuwe jobs en taken leiden voor verdere ontwikkeling, onderhoud en het operationele. Dit vereist AI-specialisten. In België zou 15,4% van de bedrijven met meer dan 10 werknemers dergelijke profielen recruteren. Op het ogenblik blijft dit dus nog beperkt, maar als men ze nodig heeft zijn ze moeilijk te vinden.

AI zal ook een invloed hebben op de kwaliteit van de job. Het kan een positieve impact hebben op de loongroei, maar er zijn ook negatieve kantjes. AI kan leiden tot verhoogde stress, bv. doordat de werknemer zijn prestaties nu beter opgevolgd kunnen worden. Ook de werkzekerheid komt zo onder druk.

Tot slot kan AI een impact hebben op het recruteringsproces, zowel bij de doorlichting, schifting als het interview. De positieve zijde is dat het kan gebeuren op basis van objectieve criteria. Langs de andere kant kunnen er in het algoritme, dat ontwikkeld wordt op basis van data uit het verleden, discriminerende factoren zitten.

Andere risico’s

AI kan nog op diverse andere domeinen een invloed hebben. Cyber-veiligheid komt in een Amerikaanse enquête bij 50% van de ondervraagde op de eerste plaats. AI-systemen kunnen zoals elk computersysteem het voorwerp zijn van cyber-aanvallen, vooral omdat ze over een massa gevoelige data beschikken en op basis daarvan belangrijke beslissingen nemen. Maar AI kan zelf ook gebruikt worden door bedrijven voor malafide doeleinden, zoals het verspreiden van misinformatie (fakenews), of zelf cyber-aanvallen lanceren.

Andere risico’s die in de enquête werden aangehaald betreffen de conformiteit met de regelgeving (48%); transparantie en het vermijden van de ‘black box’ in het beslissingsproces (41%); de privacy van het individu (41%); de reputatie van de organisatie (35%); ethiek en billijkheid (29%); …

Juridische regelgeving

AI-systemen zullen zelf autonoom beslissingen nemen. De vraag stelt zich dan wie hiervoor verantwoordelijk is als er schade voor derden uit voortspruit. We verwijzen bv. naar de zelfrijdende wagen die een ongeval veroorzaakt: is de fabrikant verantwoordelijk, of de software ontwikkelaar, of de eigenaar van het voertuig?

In het Europees Parlement werd in mei 2023 overeenstemming bereikt om AI-systemen zoals ChatGPT te reguleren. Het is een evenwichtsoefening tussen enerzijds het beschermen van het publiek, en anderzijds de Europese bedrijven niet te veel te belemmeren. Er worden verschillende risiconiveau’s ingevoerd:

-De AI-systemen met een ‘ontoelaatbaar risico’ worden verboden. Dit geldt bv. voor realtime biometrische identificatie (zoals gezichtsherkenning) in openbare ruimtes. Dit kan enkel onder strenge voorwaarden achteraf gebeuren op basis van videobeelden in bv. een politieonderzoek.

-De categorie ‘hoog risico’ slaat op toepassingen die schadelijk kunnen zijn voor de gezondheid, de veiligheid, het milieu of de fundamentele rechten van burgers. Het gebruik van AI bij sollicitaties valt hier ook onder.

De grote technologiebedrijven protesteerden fel. De oprichter van OpenAI (dat ChatGPT heeft ontwikkeld), Sam Altman, dreigde er zelfs mee om Europa links te laten liggen. Zulk een vaart zal het wel niet lopen: de Europese privacy-wetgeving van 27 april 2016 kende ook tegenkanting, maar wordt ondertussen als referentie gehanteerd. Zelfs  in de staat Californië ( VS).

 

11/06/2023

Paul Becue
algemeen voorzitter VVA


top